In 1642 was Abel Tasman de commandant van Batavia. Hij kreeg van de Verenigde Oost-Indische Compagnie de opdracht om nader te onderzoeken wat er aan handel mogelijk was met het reeds ontdekte Australië, dat toen nog Nieuw – Holland heette. Wij, Hollanders, waren immers de baas op de wereldzeeën. Het was een periode die later nog menige premier inspiratie zou geven (‘de VOC-mentaliteit!’, ‘koersen zonder bakens’).
Tasman ging met twee kleine schepen op weg. Na weken varen kwam er land in zicht, geen Nieuw – Holland, maar een nog onontdekt eiland. Ondanks het kabaal dat zijn mannen maakten dook er niemand uit de bosjes op. ‘Ongeschikt voor de handel’, noteerde Tasman en hij gooide de trossen weer los. Later zou zijn naam aan dit eiland verbonden worden.
Na een tweede periode van dolen door het oneindige waterlandschap dook er opnieuw een onbekend land op. Op dit eiland verschenen al snel mensen aan de kust. ‘De ontmoeting verliep erg stroef’, zo lees ik op Wikipedia en nadat bij vier Hollanders de nek was omgedraaid, besloot Tasman dat het niet de omstandigheden waren om de eilandbevolking wat mooie staaltjes textiel te laten zien. Omdat de wereld ‘in kaart moest worden gebracht’, gaf men wel een naam aan de eilanden: Nieuw-Zeeland.
Het zou nog meer dan honderd jaar duren vooraleer het de Brit Cook lukte om een handeltje op te zetten. Pas in de 19e eeuw gingen de Britten en Ieren wonen op wat toen en nu nog altijd Nieuw – Zeeland heet, twee grote eilanden, in de vorm van Italië. De Maori’s die zich enkele eeuwen voor Tasman op de eilanden gevestigd hadden, noemen hun land Aotearoa, ‘land van de lange witte wolk’. Het is het meest geïsoleerde land van de wereld, voor ons het andere uiteinde van de aarde, een plek waar je sommige mensen wel eens heen zou wensen.
Nu is Nieuw – Zeeland de kleinere broer van Australië, misschien ook wel de meer progressieve en minder onbehouwen broer. Het was het eerste land ter wereld dat algemeen stemrecht voor vrouwen invoerde (in 1893) en de vorige Labour-premier Jacintha Ardern dwong wereldwijd bewondering af. Het land is tegen elke vorm van kernenergie en kernwapens. Men heeft niet een minister van defensie, maar een minister voor ontwapening (zou die onderhand niet klaar zijn, zou je denken).
Maar nog fameuzer dan de politiek is de Nieuw-Zeelandse natuur, die van een bovennatuurlijke schoonheid heet te zijn, mede dankzij die geïsoleerde ligging. Behalve een paar rare vleermuizen kwamen er geen zoogdieren op de eilanden voor. De vogels en insecten waren er de baas. Daar hielden de kolonisten van de negentiende eeuw geen rekening mee. Men probeert nu mondjesmaat het aantal geïmporteerde diersoorten weer te beperken, maar dat zal nog een klus worden met die veertig miljoen schapen (en vijf miljoen mensen). Een land kortom, waar je jezelf wel heen wilt wensen.
Als je dit leest hebben wij al vijf weken rond getrokken op het Zuidereiland.
Groeten vanuit Lochmara Lodge, Marlborough Sounds.
Geniet van die prachtige eilanden, Arnold en Gerrie!
Goede reis terug
Mooi zo’n stukje geschiedenis. Het zegt misschien meer dan jullie reiservaring. Niets zo moeilijk als het overbrengen daarvan naar anderen.
Heel veel plezier daar!! Het zal een bijzondere reis zijn!
Leuk stuk om te lezen! Dank, Arnold!
Have fun!