Nu het weer voorbij is, mogen we concluderen, dat we er aardig doorheen zijn gekomen.
Zolang we rustig binnen bleven, de ramen en deuren gesloten en de gordijnen dicht; en zolang we onze bewegingen tot een minimum beperkten, was het uit te houden.
Al snel bij de eerste hittegolf kwam ons crisisteam bij elkaar en stelden we een PHP op (Persoonlijk Hitte Plan).
Een belangrijke maatregel was: in de nacht alle ramen open, overdag alles dicht. Zo slaagden we erin de temperatuur, die we constant monitorden, binnenshuis tot 25 graden te beperken. Dat ging goed, totdat er dagen kwamen dat de thermometer om 23.30 uur nog op 28 graden stond en bij het opstaan om 7.30 uur op 24 graden. De weerlieden spraken over tropische nachten. Dat begrip kreeg opeens hele andere associaties dan palmenstranden, salsamuziek en hete liefdes.
Ik plaatste flesjes met bevroren water voor de ventilator, wat voor een airco-effect zou moeten zorgen, maar in ons geval alleen leidde tot een grote plas water op de slaapkamervloer.
De koelkast, waarvan we de deur regelmatig open lieten staan, was goed gevuld met water en in de kelder hadden we noodbedden geplaatst. Het strijken binnenshuis werd tot nader order niet toegestaan. Ovengerechten waren ten strengste verboden en we stofzuigden alleen het hoognodige, ook omdat de inspanningen begrensd dienden te blijven. Liep ik naar de tweede etage, dan nam ik een pauze op de eerste, een flesje water onder handbereik.
Daar zat ik me dan hoofdschuddend af te vragen hoeveel hittegolven we de komende jaren nog zullen moeten trotseren en me in gedachten te irriteren aan de mensen die de opwarming van de aarde ontkennen. Mocht ik zo’n idioot tegenkomen, dan vrees ik dat ik hem op zijn bek sla.
Aanvankelijk zorgden we in de zwoele avonduren nog voor de planten in de tuin. Maar omdat volgens onze hitte-app het sjouwen met gieters de inspanningsgrens overschreed en de autoriteiten verzochten om geen onnodig water te gebruiken, was er geen andere keuze dan de verdorring maar te accepteren. De varens lagen er na een paar dagen bij alsof er een bom op gevallen was, de rhododendron was een zielig hoopje dor hout. Van een struik van Rhodos had ik overigens meer uithoudingsvermogen verwacht. Waarschijnlijk is hij al teveel geïntegreerd.
Zelf zorgden we er natuurlijk voor, dat we voldoende vocht binnen kregen. Volgens aanwijzingen van het NHP (Nationaal Hitte Plan), controleerden we onze vochthuishouding elke keer aan de kleur van de urine. Dat leverde de nodige discussies op.
Het scheelde, dat we ooit nuttige ervaringen hadden opgedaan in Las Vegas. De 40 graden waar wij daar mee geconfronteerd werden, bracht mij toen op het idee om mijn katoenen hoedje in het vriesvak van onze camper te leggen. Daarna had ik voor tenminste een half uurtje weer een koel hoofd.
Ik moet zeggen: na een aantal dagen begon het te wennen. Zelfs het slapen tijdens de tropische nachten ging me steeds beter af. De belangrijkste leerervaring, zo constateerden we in de evaluatie, is, dat je je moet aanpassen aan de hittegolf. If you can’t beat them, join them. Ik kijk al weer uit naar de volgende.
Hoi Arnold, weer een coole column.
Om te voorkomen dat er na deze column ongewenste elementen worden opgenomen in allerlei hitteprotocollen, nog even een natuurkundige beschouwing over de koelkast. Een koelkast verplaatst warmte van de binnenkant naar de buitenkant (voel maar aan de de achterkant). Netto schiet de keuken daar dus niets mee op. Vandaar dat de ‘achterkant’ van een airco altijd aan een buitengevel hangt. Bovendien gebruikt de koelkastmotor voor die verplaatsing energie en wordt warm. Zet de koelkast (warmtekast?) dus vooral open als het in de keuken niet te harden is van de kou.