‘We gaan dood, dat is zeker. Maar wanneer het hier op aarde ophoudt, wat dan? Begint alles weer opnieuw of is het een definitief einde?’
Zo kondigde het Amsterdamse theater Frascati een bijzondere voorstelling aan. In Hiernamaals, een project van Doris Vervuurt en Lieke van der Vegt, wisselden acht mensen met elkaar ideeën uit over een mogelijk vervolg op het aardse leven. Het waren geen acteurs of filosofen, maar ‘gewone mensen’ die bereid waren hun gedachten voor een publiek te delen. Onze vriend T. was een van hen.

De voorstelling begon in het donker. Een tijd lang, voor mijn gevoel zeker vijf minuten, zagen we niets. We waren omringd door heftige, indringende geluiden. Zou je zoiets ervaren als je sterft? We zaten op eenvoudige bankjes in een kring rond een podium met twee stoelen, van elkaar gescheiden door een gordijn. Om de beurt betraden twee deelnemers het podium en ging het gordijn open.
Zo was er Annie, een 85-jarige Amsterdamse. Aan de wijze waarop zij het woord hiernamaals uitsprak, met de klemtoon op hier-, kon je al vermoeden dat zij niet met een hemel was opgegroeid. Haar ouders waren communisten. Dood is dood, zo leerde Annie. Vandaar wellicht dat haar vader erg moest huilen, toen Stalin overleden was. Houriya, een moslima, zag het hiernamaals als een mooi paradijs, net zo prachtig als De Keukenhof. Petri, een vrouw van zestig, droomde van een liefdevol hemel, waarin zij geaccepteerd wordt.
Hoe onderbouw je de gedachte dat er na dit leven nog meer volgt? Enkele deelnemers waren ooit tijdens een verkeersongeluk maar net aan de dood ontsnapt. Dat was voor hen het bewijs van het bestaan van een hogere macht en, in het verlengde daarvan, voor het bestaan van een hemel. Waarmee zij een cynische tekst van Freek de Jonge uit 1977 bevestigden: ‘Rij dus rustig door oranje en geef extra gas bij rood. Er is leven, er is leven na de dood.’

In de christelijke traditie kan je door hard te werken en voorbeeldig te leven een plaats in de hemel verdienen. Het leven is lijden, het genieten is voor later. Pas halverwege de vorige eeuw werd aan de katholieke catechismus toegevoegd dat je ook in het aardse leven geluk mocht nastreven. Die notie wordt nu breed gedeeld, getuige een juist vandaag in Trouw gepubliceerd onderzoek: ‘Zingeving en geluk moeten in het hiernumaals bereikt worden.’ Deze opvatting sluit overigens een leven na de dood niet uit.
De vormgeving van de voorstelling vond ik aardig. Maar je kunt je afvragen of het hiernamaals zo’n gelukkig onderwerp is voor een goed gesprek. Uiteindelijk zijn er maar twee smaken: je geloof erin of je gelooft er niet in. Ik miste in de voorstelling de vraag wat je opvatting voor je huidige leven betekent. Als je uitgaat van een definitief einde, leg je dan jezelf meer druk op? Misschien zijn mensen die in een hiernamaals geloven wel gelukkiger, zei Annie. Daar moest ik nog wel even over denken.